Betalen voor dienstverlening
Deelnemers of afnemers laten betalen voor activiteiten en dienstverlening
Dit model kan ook worden ondergebracht bij andere modellen. Maar tijdens gesprekken rond de financieringsmodellen wordt het vaak als een opzichzelfstaand model genoemd. Het ligt het dichtst aan tegen ´de geloofsgemeenschap met een sociale onderneming´. Bepaalde activiteiten of diensten vanuit de geloofsgemeenschap worden hierbij bewust in de ´religieuze of zingevingsmarkt´ gezet. Mensen betalen hiervoor, zonder dat zij zich structureel aan de geloofsgemeenschap verbinden. Dit wordt ook niet van hen verwacht. De geloofsgemeenschap profileert zich dus eigenlijk ook als een soort religieuze service instelling, op sociaal-commerciële basis.
Voor- en nadelen van dit model
Het voordeel van dit model is dat het aansluit bij groepen die wel iets willen met spiritualiteit, zingeving en rituelen bij belangrijke levensgebeurtenissen, maar die zich daarvoor niet structureel willen verbinden aan een geloofsgemeenschap. Tegelijk zijn dit ook vaak mensen die een gratis aanbod niet vertrouwen, omdat er dan vast een addertje onder het gras zal zitten of het geen kwaliteit zal hebben.
Een nadeel is dat het kan ingaan tegen het gevoel van pioniers die met het evangelie actief willen zijn in de wereld, met de overtuiging dat evangelie en commercie niet samengaan. Verder kan het misschien spanningen oproepen rond (de visie op) gemeenschapsvorming, tussen dragers van de gemeenschap, deelnemers aan activiteiten en afnemers van dienstverlening. Denk daarbij ook aan de vraag of alles wat bij een geloofsgemeenschap hoort, wel los verkrijgbaar kan zijn. Daarover moet dus in ieder geval overeenstemming zijn bij de dragers in de kerngemeenschap.
Voorbeelden van dit model
Bij Citykerk en Zinnig Noord in Amsterdam wordt dit model toegepast.