Hoe komen mensen tot geloof? Als we dat eens zouden weten… Student Arne Maat van de CHE deed er een onderzoek naar. Hij interviewde deelnemers aan verschillende pioniersplekken. Vervolgens trok hij een vijftal conclusies rondom het proces van geloofsverandering en bekering, die ik hieronder (verkort) wil delen.
Voor mensen betrokken raken bij een pioniersplek en/of zich bewust Christen gaan noemen, heeft zich vaak al een heel proces van nieuwsgierigheid, zoeken en ervaringen afgespeeld. Bij de één was er al een kerkelijke betrokkenheid vanuit de jeugd, bij een ander een bijzondere gebeurtenis als het horen van een stem, bij een derde een besef van ‘niet alleen zijn’. De één is al jarenlang bezig met het onderzoeken van het Christelijk geloof, bij een ander gaat alles heel snel. Al deze processen zijn uniek, het is geen abcd’tje.
Uit de gesprekken met de betrokkenen blijkt dat een heldere uitleg van de inhoud van het Christelijk geloof belangrijk is. Sommigen van hen deden gedurende hun leven ervaringen op met God en het Christelijk geloof, bijvoorbeeld door bijzondere ervaringen of contacten met Christenen. Daardoor raakten ze nieuwsgierig naar het Christelijk geloof en/of raakten ze overtuigd van het bestaan van God. Tegelijkertijd hadden ze nog veel vragen, en misten ze een ‘totaal plaatje’. Het bleek dat gesprekken over geloof en Bijbel een belangrijke rol speelden in het verhelderen van dat plaatje. Geloofscursussen (zoals de Alpha-cursus) waren daarbij voor veel deelnemers behulpzaam. Het bood gelegenheid voor discussie, en in de groepsgesprekken kon men horen van de persoonlijke geloofsverhalen van pioniers en andere deelnemers. Dit benoemden de deelnemers als zeer waardevol.
Vragend naar de rol van de Heilige Geest kwam naar boven dat een ervaring in het gevoel of zelfs het meemaken van iets ‘bovennatuurlijks’ voor een aantal deelnemers een belangrijke of beslissende rol heeft gespeeld. De Heilige Geest wordt door deelnemers geduid als een ervaring tijdens het bidden, het ervaren van een geestelijke realiteit, een verlichtingsgevoel, het gevoel waardevol te zijn, en kippenvel. Het blijkt dat ‘iets ervaren van God’ belangrijk is voor de deelnemers. Maar dat proces is voor de pioniersplekken niet zelf in te richten of te sturen.
Een bepaalde vorm van ‘regie’ zien in je leven bleek belangrijk voor deelnemers. Toevalligheden die eigenlijk geen toeval kunnen zijn. ‘Het terugkijkend zien van de regie van God is een bevestiging dat je op de goede weg bent’, zei een deelnemer.
De vraag naar de betekenis van Jezus roept veel en verschillende dingen op bij de deelnemers. Veel deelnemers vertelden dat ze Jezus kenden uit hun jeugd, maar vertelden dat hun beeld veranderde. Een belangrijke ontdekking die het merendeel van de deelnemers deed is dat Jezus (het gezicht van) God is, of in elk geval heel dicht bij God in de buurt komt. In Jezus is de Christelijke God een persoonlijke God die je kunt ontmoeten. Bij sommige deelnemers is dit een geleidelijk proces geweest, bij anderen is het als de bliksem ingeslagen. Het gesprek over Jezus brengt vaak kernachtig naar boven hoe iemand staat ten opzichte van het Christelijk geloof.
Nieuwsgierig geworden naar alle conclusies? Klik hier (PDF) voor het hele rapport.
Christiaan Cevaal
Foto: www.shutterstock.com